Piet Zwart

Piet Zwart (1885-1977) ontwerper, fotograaf, docent, criticus. Zwart was opgeleid in Amsterdam en volgde enige tijd lessen bouwkunde aan de TH Delft. Tijdens de Eerste Wereldoorlog maakte hij textiel- en interieurontwerpen met zijn vrouw. In 1919 was hij medewerker op het bureau van architect Jan Wils die lid was van De Stijl. Ook raakte hij bevriend met Vilmos Huszár (ook lid van De Stijl) met wie hij aan een interieur voor de familie Bruynzeel werkte.
Zwarts eerste probeersels met typografie waren die voor briefpapier van Jan Wils. De eerste typografische opdrachten kreeg hij rond 1921, via Wils, van de firma Vickers-house voor haar LAGA/IOCO-producten. Voorjaar 1923 kreeg Zwart via Berlage wiens dochter gehuwd was met de adjunctdirecteur Proos, opdracht van de Nederlandse Kabelfabriek NKF om een reeks tweewekelijkse advertenties te maken. Ook Pomona was een van zijn eerste opdrachtgevers. Zwart werkte op Berlages bureau van 1921 tot 1927.
In 1923 ontmoette Zwart zowel Kurt Schwitters als El Lissitzky. Hij verzamelde hun werk en raakte erdoor beïnvloed; beiden publiceerden ook over typografie. In 1926 zocht hij naar mogelijkheden om meer geld te verdienen en zich los te maken van Berlage’s bureau. Ook doceerde hij toen aan de Rotterdamse academie en richtte hij het restaurant in van Leo Faust in Parijs, door de correspondent van Het Vaderland op 5 september gekarakteriseerd als ‘uiterst-rationele eet-machine.’
Eind 1926 manifesteerde Zwart zich als criticus over bouwkunde in dagblad Het Vaderland (tot 1930 en ook weer, op voorspraak van Berlage). Vanaf 1928 ging hij over drukwerk en typografie publiceren. Zwart was lid van de internationale Ring neue Werbegestalter en actief als reclameontwerper en fotograaf. Hij werkte voor de Nederlandse kabelfabriek, voor de PTT, uitgeverij Brusse en had een langjarige relatie met de firma Bruynzeel van 1930 tot 1962. Bekend werd zijn Bruynzeelkeuken, maar hij ontwierp ook vloeibladen, verpakkingen, vloeiwasbussen, jaarbeursstands en de inrichting van de kantoren. Tijdens de oorlog werd hij geïnterneerd in St. Michielsgestel en schreef hij een rapport over industriële vormgeving met Paul Schuitema en Jan Bouman. Binnen de na-oorlogse vakverenigingen GKf, NIDf en KIO was hij steeds actief en met name over het onderwijs had hij uitgesproken meningen.


Deze biografie is afkomstig uit het boek ‘Visies op vormgeving, het Nederlandse ontwerpen in teksten deel 2: 1940-2000’ (2008) van Frederike Huygen. Voor deze biografie is gebruik gemaakt van de volgende bronnen:
– Broos, K. ‘Piet Zwart 1885-1977’, Amsterdam 1983.
– Huygen, F. ‘Piet Zwart en het gezicht van Bruynzeel’s potlodenindustrie’, Rotterdam (Museum Boijmans Van Beuningen) 1983.